De drie boeddhistische scholen
Opmerkelijk aan ons mensen is dat we verzot zijn op idealen. We weten dat de wereld niet ideaal is maar we werken altijd aan beter. Het kan altijd mooier, zuiniger, prettiger, goedkoper, rijker, gezonder. We zetten altijd weer een nieuwe stip aan de horizon.
Vorige week beschreef ik Boeddha’s visie daarop: duhkha en de oorzaken van duhkha, leed en de oorzaken van leed.
Boeddhisten in Azië beschouwen de levensloop van Boeddha als ideaal. Uit het streven om dat ideaal te realiseren zijn drie scholen ontstaan, enerzijds uit meningsverschillen tijdens concilies. Daaraan deden soms honderden boeddhisten mee. Anderzijds uit culturele en lokale tradities.
Theravada
Theravada, ‘het woord van de ouderen’ beschouwt zich als de oudste en meest zuivere school. Het wordt door de twee andere scholen Hinayana, ‘het kleine voertuig’, genoemd omdat het zich richt op individuele verlichting. Het is te vinden in Thailand, Sri-Lanka, Laos, Cambodja, Myanmar. Centraal staan drie verzamelingen, ‘de drie mandjes’ ofwel de Tripitaka.
Het eerste mandje heet de Vinaya en bevat honderden gedragsregels voor kloosterlingen, opgetekend door Upali, de kapper van Boeddha.
Het tweede mandje bevat de Sutra’s, de leerreden die door een verzorger van Boeddha, Ananda, later uit het hoofd zijn opgetekend.
Het derde mandje wordt Abbidharma genoemd. Dit zijn de uitwerkingen van de leer zoals Boeddha die aan zijn leerling Shariputra zou hebben verteld.
Samen vormen de drie maandjes de Tripitaka.
Dat lijkt wel wat op wat we kennen in de joodse traditie als Tenach (Joodse bijbel met o.a. de Thora) en de Talmoed (de uitleggingen). De Tenach gaat wel verder terug in de historie, 4000 jaar vóór onze jaartelling wordt gezegd.
In Nederland vind je Theravada bijvoorbeeld bij Stichting Dhammakaya.
Mahayana
Zo’n 500 jaar na het overlijden van Boeddha ontstaat het Mahayana, het grote voertuig. (het Sanskriete woord yana betekent voertuig, maha is groot). In het Mahayana ontwikkelt zich een nieuw ideaal.
Het gaat niet meer om de verlichting van het individu, cq de monnik, zoals in het Theravada, maar om de bevrijding van werelds leed van alle levende wezens. Het ideaal wordt de Boddhisattva, de Verlichte die altijd weer terugkeert naar de wereld om die bevrijding te bewerkstelligen.
Essentieel in Mahayana is de interactie tussen wijsheid (prajna) en mededogen (karuna of metta). Wijsheid zet aan tot mededogen en wat mededogen doet is per definitie wijs.
Mahayana boeddhisme heeft zich verspreidt vanuit India, waarschijnlijk via handelsrouten, naar het Oosten van Azië: Tibet, Nepal, Bhutan, China, Mongolie, Korea, Japan en Vietnam. In China werdt het Ch’an, in Korea Son en in Japan Zen. Allemaal dus Mahayana Boeddhisme.
In Nederland vind je Mahayana bijvoorbeeld bij het Maitreya Instituut in Loenen.
Vasjrayana
De derde grote school is het Vasjrayana, ‘het diamanten voertuig’. Vasjrayana kenmerkt zich door veel rituelen, recitaties, mantra’s en visualisaties waarmee de beoefenaar de oneindig verschillende kwaliteiten en eigenschappen van vele Boeddha’s energetisch kan opwekken en zich eigen kan maken.
Veel van die meditaties werden en worden ook nu nog als geheim beschouwd omdat ze veel vaardigheid en begrip vragen. Niet iedereen heeft dat, is het idee. Maar er komt wat meer openheid. Neem bijvoorbeeld de befaamde Kalachakra initiatie. Daar kunnen nu duizenden mensen aan meedoen. Baat het niet, schaadt het niet, wordt gedacht.
Vasjrayana boeddhisme is min of meer meegereisd met het Mahayana naar dezelfde windstreken en heeft ook een enorm tableau aan Boeddha’s, Goden, Dakini’s en andere wezens.
Elementen van het Vasjrayana onderricht vind je o.a. bij Rigpa Nederland in Amsterdam.
Hinayana, Mahayana en Vasjrayana hebben zelf ieder voor zich ook weer onderverdelingen wat een enorme diversiteit oplevert. Voor ieder wat wils en het is maar net waar je opgevoed bent en wat je onderweg tegenkomt. Leraren te over en die verspreiden zich de laatste jaren steeds meer over de hele wereld. De traditie ontmoet op deze manier de (post)moderniteit. Door deze beweging ontwikkelt zich vanaf halverwege 20ste eeuw naast de traditie een geheel eigen westers boeddhisme.
Drie eigenschappen van de wereld
Duhkha
Weer terug naar Boeddha en duhkha. Duhkha, leed, is. Het leed in de wereld is niet jouw fout, het is er gewoon. Het is één van de drie eigenschappen van onze wereld. Ik denk weleens: als alle leed opgelost is, is de wereld niet meer nodig. Maar vooralsnog moeten we het hebben van wijsheid en mededogen waarmee we het bestaan van onszelf en anderen kunnen verlichten. Laten we die intentie koesteren.
Wij zijn weer op bezoek bij onze dementerende vriendin in het verzorgingshuis. Het wordt dinnertime en we brengen haar naar het restaurant. De tafels zijn sfeervol gedekt. Kleine en grote tafels staan door elkaar. Het ziet er warm en gezellig uit. Wat een tegenstelling met de mensen die aanschuiven. Ingezakt door osteoporose, lege ogen, diep hangende mondhoeken, trillende handen, gelaten afwachten, rolstoelen, rollators, verslagen door het leven. Jeroen Bosch zou dit als een hel geschilderd hebben. Wil je een betere illustratie van het onvermijdelijke Duhkha?
Anitya
De tweede eigenschap van onze wereld volgens Boeddha is Anitya, niets is eeuwig. Op dat thema hebben we al eerder gemediteerd. Maar doorgronden we het werkelijk in haar facetten? Wat doet het je dat je zelf niet eeuwig bent?
Ons lichaam laat ons op een dag gewoon in de steek. Het vindt dat het ons genoeg ten dienste is geweest. Weg zintuigen. En ook weg het produceren van hoop, toekomst, herinneringen. Al die tijdelijke identificaties (wat ik zie is waar) en de opeenvolgende ervaringen die mij de illusie geven een persoonlijkheid te zijn (ik ben iemand die….)? Wat zijn ze waard? Ze houden gewoon op!
Is er dan niets bestendig aan mij? Is mijn bestaan een illusie, een opeenvolging van vluchtige golven? Of ben ik, met het verstrijken der jaren, enerzijds wel dezelfde en anderzijds niet dezelfde? Het boeddhisme zegt dat een mens niet tweemaal in dezelfde rivier kan stappen. Proberen het water stil te zetten is hét recept om problemen te veroorzaken. Verandering is, evenals duhkha.
Anatman
De derde eigenschap van onze wereld is tevens de lastigste: anatman, niet-zelf. Er is geen continu, bestendig zelf. Er is geen ziel die verhuist of reïncarneert of in de hemel wordt opgenomen. De ziel is eerder een proces, geen ding. Het zelf is ook een proces, geen entiteit. Ziel en zelf voltrekken zich.
Dat wij continuïteit in onze persoonlijkheid ervaren vindt zijn oorzaak in onze zintuigverslaving en passies. We reproduceren met die verslaving steeds weer een denkbeeld over onszelf, een denkbeeldig zelf. Dat wordt een hele stapel die maar groeit en groeit en groeit, 24/7, week ik week uit.
Dat denkbeeldige zelf valt uit elkaar als het lichaam er de brui aan geeft. Het is niet bestendig, niet eeuwig en daarom een illusie, een eigen maaksel. Maar ja, we hebben niets anders en het werkt zoals het werkt. Duhkha en de oorzaken van dukkha.

Hieronymus Bosch. De hel en de overstroming
Mediteren op vergankelijkheid.
Mediteren met je lichaam
Het meest intieme wat wij kennen is ook het meest vergankelijke. Ons lichaam verandert met de jaren. We vinden het mooi of minder mooi. Het jeukt en zweet en stinkt. We geven kapitalen uit om er ideaal uit te zien en ouder worden te verbergen. Het bezorgt ons ziekten en de dood. Hoe dichter bij het sterven des te meer functies ontneemt het ons. Maar tegelijk is er geen leven zonder lichaam.
Sta eens een tijdje stil bij de streek die je lichaam je levert, noodzaak te zijn en tegelijkertijd laat het je niet verder leven. Een strijd tussen leven en dood die je zeker verliest. Uiteindelijk wordt je een hoop as of voedsel voor de wormen. Maar tot die tijd kun je beter een balans zien te houden, genieten van het leven in het weten van de dood.
De vier onmetelijke
Na verloop van tijd, wanneer je vergankelijkheid bewust doorgrond hebt, komt er rust in je geest. De kans is groot dat je in een andere stemming terecht komt. Boeddhisten onderscheiden daarin ‘de vier onmetelijken’:
- Vriendschappelijke vreugde in het geluk van de ander
- Vreugde
- Compassie
- Gelijkmoedigheid
Je kunt ze ervaren als visioenen, stemmingen en een diep besef krijgen hoe mooi het zou zijn als alle levende wezens gelukkig zouden zijn en gevrijwaard van het leed wat zij nu kennen. Je kunt ze niet echt doelbewust oproepen. Ze zijn een gevolg van.
De vijf weerstanden
Dit zijn vier heel prettige stemmingen en ervaringen. Je concentratie neem toe en je krijgt meer mentale rust. Ook kun je verbinding voelen met al die mensen die deze oefening ook gedaan hebben of in de toekomst gaan doen.
Maar tegelijk haken ze aan bij de zintuiglijke ervaring en worden het denkbeelden die de illusie van een zelf produceren. Dat kan voeding geven aan weerstanden: haat, traagheid, spijt, angst en twijfel. Of er komen beladen herinneringen naar boven die alle energie opslokken. Je kunt je schuldig gaan voelen over het leed in de wereld en jouw aandeel buitenproportioneel gaan ervaren.
Herken je één van deze akelige verschijnselen, stop dan niet maar ga terug naar je ademhaling. Realiseer je dat dit voorbijgaande verschijnselen zijn, schaduwen, als reactie op die prettige stemmingen.
Ze zullen dan vanzelf verdwijnen en worden vervangen door vijf vaardigheden: scherpte van geest, het innerlijk praten stopt, je enthousiasme groeit, je ervaart plezier en het vermogen verschijnt om je absoluut op één punt te richten.
Je ervaart een ongekende helderheid, helderder dan je dagelijkse waarneming. Nirvana, de bevrijding van leed, komt dichtbij.